Huurbevriezing zet sociale woningbouw in Noord-Holland op losse schroeven
Sociale woningbouw in gevaar door voorgenomen huurbevriezing
De huurbevriezing die de Tweede Kamer heeft aangekondigd, dreigt de sociale woningbouw in Noord-Holland ernstig te verstoren. De dertien woningcorporaties van het verband Thuis Noord-Holland Noord slaan alarm over de mogelijke gevolgen van het bevriezen van huren, zoals vastgelegd in het Voorjaarsakkoord voor 2025-2026. Deze maatregel zou niet alleen de nieuwbouw van 2.400 sociale huurwoningen in gevaar brengen, maar ook renovatie- en verduurzamingsplannen voor duizenden bestaande woningen dwarsbomen.
Financiële impact en waarschuwingen
In een voorlopige berekening schatten de dertien wooncorporaties een verlies van circa 655 miljoen euro over een periode van 10 jaar. Voorzitter van Thuis NH Noord, Krista Walter, vreest dat dit leidt tot het stilvallen van cruciale projecten en een aanzienlijke achteruitgang in de woningbouwsector. 'De huurbevriezing kan zelfs 7.000 nieuwe sociale huurwoningen schelen, wat een grote klap zou zijn voor onze bouwambities en de levenskwaliteit in onze regio,' benadrukt Walter.
Eis tot heroverweging en gerichte steun
De woningcorporaties, waaronder Kennemer Wonen, Woonwaard, Van Alckmaer en Woonstichting Langedijk, roepen de Tweede Kamer op om de huurbevriezing te heroverwegen. In plaats daarvan pleiten ze voor gerichte ondersteuning aan huurders met een laag inkomen om de impact op de woningbouw te minimaliseren. 'Alleen met voldoende investeringsruimte kunnen woningcorporaties blijven bijdragen aan het oplossen van de wooncrisis,' aldus Walter in haar oproep aan de politiek.
Nationale prestatieafspraken en uitdagingen
De situatie in Noord-Holland staat niet op zichzelf. Landelijk zijn er bindende prestatieafspraken gemaakt voor de realisatie van 250.000 sociale huurwoningen en de verduurzaming van 675.000 woningen. Echter, de voorgenomen huurbevriezing kan deze doelstellingen in gevaar brengen en de samenwerking tussen de verschillende partijen bemoeilijken. De dringende vraag blijft hoe de woningnood aangepakt kan worden zonder de bouwsector te verstikken.
